VZW
Vzw-verplichtingen

Aan­spra­ke­lijk­heid

10 sep 2025
LV 20191020 0022

Vrijwilligers in het open jeugdwerk willen vooral doen waar ze goed in zijn: jongeren begeleiden, activiteiten organiseren, en zorgen voor een toffe en veilige omgeving. Maar wat als er nu iets fout loopt? Wie is er dan verantwoordelijk? De regels over aansprakelijkheid bestonden al langer, maar de nieuwe wetgeving brengt extra duidelijkheid in dit soort situaties.

Aansprakelijkheid betekent dat je verantwoordelijk bent voor de gevolgen van je daden, en dat je dus schade moet vergoeden. In de Belgische wet wordt er een onderscheid gemaakt tussen drie vormen van aansprakelijkheid:

Contractuele aansprakelijkheid.
Als er een contract is tussen twee partijen en er gebeurt een fout die aanleiding geeft tot schade.

Voorbeeld: Een jeugdhuis verhuurd zijn zaal voor een feestje van andere vereniging en deze hebben niet schoongemaakt volgens het contract.

Buitencontractuele aansprakelijkheid
Wanneer er geen sprake is van enige overeenkomst tussen partijen, maar iemand toch schade veroorzaakt.

Voorbeeld: Een vrijwilliger is de buitenmuur van het jeugdhuis aan het schilderen en laat een pot verf vallen op een voorbijganger.

Strafrechtelijke aansprakelijkheid
Als je iets doet wat strafbaar is volgens de wet.

Voorbeeld: Iemand slaat met opzet een ander persoon tijdens een activiteit.

Wees gerust, aansprakelijkheid is niet automatisch. Je kan pas aansprakelijk zijn wanneer iemand je hiervoor aanspreekt én wanneer er sprake is van de volgende voorwaarden:

  • Er is een fout: Er is een contractuele of een buitencontractuele fout.
  • Er is schade: Contractueel is er zekere en vaststaande schade en buitencontractueel is er ook toekomstige schade als deze het gevolg is van een aantasting van de fysieke of psychische integriteit.
  • Er is een verband tussen fout en schade: De schadelijder moet aantonen dat de schade het rechtstreekse gevolg is van de fout.

In een open jeugdwerkiniatief zijn er vaak verschillende mensen met elk hun eigen rol. Het is belangrijk om te weten wie wat doet, want ook de regels rond aansprakelijkheid verschillen per rol.

Een vrijwilliger helpt mee uit vrije wil en krijgt geen loon. Denk aan iemand die aan activiteit begeleidt, een toogshift doet of mee helpt bij de opbouw van een zomeractiviteit. Zij zijn als vrijwilliger wettelijk beschermd door de vrijwilligerswet. Ze zijn alleen aansprakelijk als ze iets opzettelijk fout doen, een zware fout maken, of als ze dezelfde kleine fout blijven herhalen. Deze regels bestonden ook al vóór 2025, maar is nu duidelijker omschreven in de nieuwe wetgeving.

Een bestuurslid is ook een vrijwilliger, maar met extra verantwoordelijkheid. Bestuurders nemen beslissingen over geld, regels en de werking van de organisatie. Als een bestuurslid zijn rol ernstig neemt en zorgvuldig werkt, is er niets aan de hand. Zij kunnen aansprakelijk gesteld worden bij fouten in het financieel beheer, het tekenen van onvoorzichtige contracten of het niet nalezen van wettelijke verplichtingen.

Personeelsleden werken met een arbeidsovereenkomst en krijgen loon, zoals een jeugdwerker. Zij vallen onder het arbeidsrecht dat hen bescherming biedt. Zij zijn niet zomaar aansprakelijk als er iets misgaat tijdens het werk. De werkgever (bestuur) is in de meeste gevallen verantwoordelijk. Zij kunnen wel aansprakelijk gesteld worden bij bedrog (opzettelijke schade, …), zware fout (dronken werken, …) en dezelfde kleine fout blijven herhalen.
 

Persoonlijke aansprakelijkheid betekent dat niet de organisatie, maar jij zelf verantwoordelijk kan worden gehouden door schade. Dat kan zowel bij contractuele, buitencontractuele als strafrechtelijke situaties.

  • Contractueel: normaal tekent iemand van het bestuur in naam van de vzw het contract, en is de vzw aansprakelijk. Maar als een bestuurslid een bewuste of zware fout maakt, kunnen schuldeisers die persoon persoonlijk aanspraken, ook al was er een contract met de vzw.
  • Buitencontractueel: iemand kan persoonlijk aansprakelijk zijn als deze opzettelijke schade veroorzaakt, een zware fout maakt of steeds dezelfde kleine fout herhaalt.
  • Strafrechtelijk: hier geldt altijd dat de persoon persoonlijk verantwoordelijk is. De vzw kan soms ook aansprakelijk zijn, bijvoorbeeld als er geen veiligheidsmaatregelen waren, maar wie iets strafbaars doet, kan zich niet verbergen achter de organisatie.

Belangrijk: bestuurders zijn meestal minder beschermd dan gewone vrijwilligers of personeelsleden. Waar vroeger een contract automatisch via de vzw liep, kunnen bestuurders nu in sommige gevallen persoonlijk aansprakelijk worden gesteld. Je kan bestuurders wel meer beschermen door een verzekering bestuurdersaansprakelijkheid af te sluiten.

Het aansprakelijkheidsrecht lijkt misschien iets voor juristen, maar ook in het open jeugdwerk is het belangrijk om er bewust mee om te gaan. Als organisatie heb je een zorgplicht: je moet ervoor zorgen dat je vrijwilligers en personeelsleden weten wat hun rol is, en dat ze hun werk veilig en correct kunnen doen.

Hier zijn enkele concrete stappen die je als organisatie het beste kan nemen:

Zorg voor een goede verzekering
Elke organisatie die werkt met vrijwilligers is wettelijk verplicht om een verzekering voor burgerlijke aansprakelijkheid af te sluiten. Die verzekering dekt schade die ontstaat tijdens het vrijwilligerswerk, zowel voor vrijwilligers als vaak ook voor personeel. Controleer of ze volledig en up-to-date is, dat alle vrijwilligers en activiteiten onder de dekking vallen en dat bestuursleden en personeel ook goed verzekerd zijn.

Maak duidelijke afspraken
Zorg dat vrijwilligers, personeel en bestuursleden weten wat er van hen verwacht wordt. Geef hen een duidelijke taakomschrijving of maak afspraken mondeling of op papier. Denk aan wie verantwoordelijk is voor wat, wat mag en niet mag binnen de taakomschrijving en hoe iedereen moet handelen bij een incident.

Biedt vorming of begeleiding aan
Vrijwilligers hoeven geen experts te zijn, maar moeten wel voldoende geïnformeerd zijn. Geef uitleg, doe een korte vorming of voorzie een inwerkmoment voor nieuwe vrijwilligers. Een kort onthaalmoment of een eenvoudige briefing kan al volstaan.

Stel een aanspreek punt aan
Maak duidelijk wie binnen de organisatie verantwoordelijk is voor het vrijwilligersbeleid en wie ze kunnen aanspreken bij vragen of twijfels. Dit zorgt voor vertrouwen én voorkomt fouten. Denk hier aan een vast contactpersoon, een aanspreekpunt bij incidenten en een opvolging als er iets fout loopt.

Door deze zaken goed aan te pakken, bescherm je niet alleen je organisatie, maar ook je vrijwilligers en personeel.

Meer info:

Meer informatie over IC-verzekeringen, de verzekeraar voor non-profitorganisaties vind je op hun website.

Meer info over de polis Burgerlijke Aansprakelijkheid vind je in het artikel over verplichte verzekeringen.

Neem contact op:

De Wittestraat 2, 2600 Berchem

Bereikbaar op ma-vrij van 10-16u