De laatste jaren is er veel gezegd, gereflecteerd en geschreven over de positie van meisjes en vrouwen in onze samenleving. Een positieve tendens die sterk wordt aangemoedigd door het jeugdbeleidsveld. Want ook jeugdbeleidsmakers zijn ervan overtuigd dat meisjes alle kansen tot participatie verdienen.
In het jeugdwerk vinden bepaalde meisjes moeilijk hun weg naar reguliere werkingen. Net daarom schieten verschillende initiatieven voor meisjes als paddenstoelen uit de grond. Ook al komen sommige van deze initiatieven uit reguliere werkingen of zijn ze complementair aan elkaar. Tegenwoordig zijn ze in heel Vlaanderen te vinden. En ze bestaan in alle soorten, maten en kleuren. Al deze diverse meisjeswerkingen maken het Vlaamse jeugdwerklandschap alleen maar sterker. Iets waar we echt trots op mogen zijn.
Dit wil natuurlijk niet zeggen dat de weg naar participatie of deelname aan het jeugdwerk voor elk meisje open ligt. Heel wat meisjes vinden hun weg (nog) niet. Dit vooral omdat er nog grote drempels overeind blijven staan. We kunnen er niet onderuit dat het aanbod binnen het jeugdwerk zich nog steeds vooral richt op jongens. De ondervertegenwoordiging van meisjes in de sector zorgt ervoor dat hun noden en behoeftes de beleidsmatige agenda minder snel bereiken. De openbare ruimte bijvoorbeeld, blijft veelal aanvoelen als een plek voor jongens omdat ze zo ingericht wordt (sportinfrastructureel bijvoorbeeld). Maar ook jeugdhuizen worden nog te vaak ingericht zonder rekening te houden met een vrouwelijk publiek (ongezellig, spelinfrastructuur bijvoorbeeld).
It's a mans's world
It’sa man’s world, but it’s gonna be nothing without a woman. Dit lied van James Brown uit 1966 klinkt vandaag de dag nog steeds te luid. Onze samenleving zit zodanig in elkaar dat mannen het meestal voor het zeggen hebben en aan de leiding staan. Hun referentiekader domineert de samenleving waardoor er minder oog is voor het referentiekader van vrouwen. Ook in het jeugdwerk merken we dit. Het publiek is vooral mannelijk. Maar ook raden van bestuur blijven meestal mannenbastions waardoor beslissingen vaak vanuit eenzelfde referentiekader worden gemaakt.
Willen we dat het jeugdwerk meer meisjes bereikt, dan moeten we ervoor zorgen dat ze in alle lagen van de (jeugd)organisaties voldoende vertegenwoordigd zijn en voldoende participatiekansen hebben. Dan moeten we verschillende referentiekaders durven hanteren en moeten we het ‘voor en door’-principe, wat het jeugdwerk en jeugdhuiswerk zo sterk maakt, echt centraal zetten. We moeten samenwerken mét meisjes en vrouwen. En niet per se vóór hen.
Waarom is meisjeswerk belangrijk?
Volgens het JeugdOnderzoekPlatform (JOP) Onderzoek ‘Jeugdwerk met maatschappelijk kwetsbare kinderen en jongeren’ blijkt dat meisjes vanaf een bepaalde leeftijd hun ding niet meer kunnen vinden in het klassiek jeugdwerk. Anno 2018 zien we dat noden van meisjes zich verscherpen. Ze willen meer maatschappelijk engagement opnemen. Ze willen eigen projecten opstarten en beheren. Ze willen hun horizon verbreden en hun grenzen verleggen. In de realiteit zien we echter dat dit lang niet voor iedereen zo gemakkelijk is. Jammer genoeg krijgt zeker niet iedereen de kans om mee te doen. En het zijn vooral meisjes die uit de boot vallen.
Het is goed nieuws dat er bewegingen zijn die een aanbod richten naar meisjes. We zien al jaren meer en meer diverse jeugdwerkvormen die actief meisjeswerk op poten zetten. De ene focust zich uitsluitend op een aanbod voor meisjes. Maar de andere probeert te slagen in het bereiken van een mix. Ze hebben allemaal hetzelfde gemeen: het aanbieden van een veilige plaats waar meisjes zich goed voelen, waar ze kunnen uitwisselen en waar ze hun individuele competenties kunnen ontwikkelen en aanscherpen.
Het maakt helemaal niet uit of je het specifiek voor meisjes doet of kiest voor een mix. Zolang het een kwaliteitsvol aanbod is dat zich afspeelt binnen de vrije tijd van jongeren en zich richt op het empoweren, versterken en emanciperen, is de manier waarop ondergeschikt. Beide strategieën hebben zich al getoond als waardevol. En die strategieën dragen bij aan een verhoging van participatie van meisjes binnen het jeugdwerk.
We moeten ervoor zorgen dat al deze initiatieven binnen het jeugdwerk elkaar blijven ontmoeten. En de angst voor segregatie achterwege laten. Zolang de doelstelling ontmoeting is, hoeven we ons echt geen zorgen te maken. Wat telt is of meisjes zich empowered voelen tijdens of na hun deelname binnen het jeugdwerk.
Specifieke meisjeswerkingen
In een superdiverse samenleving zou er voor ieder wat wils moeten zijn. Getuigenissen van vrouwelijke jeugdwerkers van JES (http://www.jes.be/blog.php?id=183) tonen ons dat er bepaalde meisjes zijn die zich liever verenigen onder elkaar zonder aanwezigheid van jongens. Dit omdat ze zich beter op hun gemak voelen. Of het samenzijn van jongens en meisjes gewoon niet kennen.
En toch is lang niet iedereen overtuigd van het feit dat aparte (meisjes)werkingen nodig zijn. De perceptie leeft dat een meisjeswerking typerend is voor enkel het allochtoon of doelgroepspecifiek verenigingsleven. Niets is minder waar. Vlaanderen kent een rijke traditie aan initiatieven die zich richten naar meisjes en vrouwen. De initiatieven van vandaag ontstaan vanuit eenzelfde reden en nood als die van de vrouwenhuizen, de meisjesgroepen bij de verschillende jeugdbewegingen, en het jeugdwelzijnswerk van 50 jaar geleden. Deze initiatieven vochten voor gelijke rechten en een volwaardige plaats voor vrouwen in de samenleving. Ze werden en worden opgericht met oog op een betere toekomst voor een nieuwe generatie vrouwen.
Een meisje van JES vatte het goed samen: “Wie zich de vraag stelt of ontmoeting zich best afspeelt binnen een gemixte of autonome groep, is niet mee met zijn tijd.” Vrije tijd is een recht. Net daarom moeten we blijven inzetten op een laagdrempelig aanbod dat zich richt naar meisjes. Op die manier dragen we vanuit het jeugdwerk ons steentje bij en bouwen we actief mee aan onze diverse samenleving. En vergroten we ontwikkelingskansen voor alle jongeren. Het is ook aan jeugdhuizen om hier actief mee op in te zetten. Bij zelforganisaties merk je dat er meer vrouwelijke rolmodellen aan het stuur staan van hun jeugdhuis. Ze organiseren er activiteiten maar bekleden ook bestuursmandaten. Ze zorgen voor doorstroom in alle rangen van hun jeugdhuis.
Luide stemmen
De stem van duizenden meisjes en vrouwen in het jeugdwerk heeft nog nooit zo luid geklonken. Ze staan er en je mag ze gezien hebben. Je ziet ze tijdens de huistaakbegeleidingenklassen in de werking, achter de toog of als voorzitster van een straf jeugdhuis.
De rol van meisjes in onze samenleving verandert en evolueert mee met zijn tijd. Meisjes eisen als nooit tevoren hun plaats op in onze brede maatschappij. Het leuke is dat dit zich ook binnen het jeugdwerk vertaalt. Laten we dit erkennen, omarmen en vooral meer zichtbaarheid geven zodat we anderen kunnen blijven inspireren.
- Tekst: Don Pandzou
- Foto: Sien Verstraeten
Bronnen
- Macht in vraag gesteld, strategieën en werkvormen in het jeugdwelzijnswerk door Ikrame Kastit & Fleur Van Oyen
- Onderzoek JOP: ‘Jeugdwerk en maatschappelijk kwetsbaarheid'
- JES vzw